Behandeltraject
Iedereen krijgt een eigen, unieke behandeling. Ook jouw behandeling wordt speciaal op jou afgestemd.
Dit zijn voorbeelden van behandelingen die kunnen worden gegeven bij:
Behandeling laaggradig glioom
Afhankelijk van de plek en de vorm van de tumor wordt meestal het gehele glioom tijdens een operatie verwijderd. Bij een pilocytair astrocytoom kan dat vaak, bij een oligodendroglioom is dat vaak moeilijker en wordt er maar een deel van de tumor verwijderd. Als het glioom in de hersenstam, vlak bij je ogen of bij de hypothalamus ligt, dan is er een grote kans op ernstige schade aan die omliggende weefsels, een operatie is dan moeilijk of niet mogelijk. Bij kinderen met een glioom bij de ogen (opticus glioom) én neurofibromatose wordt soms afgewacht omdat de helft van die gliomen niet verandert of groeit. Voor aanvullende behandeling wordt gekeken naar je leeftijd, hoe groot het glioom is en waar het zit en de genetische kenmerken (mutatie in het NF1-gen). Radiotherapie kan, maar vanwege de gevolgen op lange termijn wordt dat niet veel gedaan. Door straling kunnen de tumorcellen kapot gemaakt worden of de groei van de tumor worden geremd. Maar ook het omliggende hersenweefsel kan beschadigen, iets wat vooral bij jonge kinderen, zoveel mogelijk voorkomen moet worden. In de eerste levensjaren gebeurt er in de hersenen heel veel. Er worden bijvoorbeeld verbindingen aangelegd die heel belangrijk zijn voor je verdere ontwikkeling. Door chemotherapie kan de groei van de tumor worden geremd of stopgezet. Medicijnen zijn bijvoorbeeld vincristine, carboplatine en vinblastine. Die kunnen als onderhoudsbehandeling gegeven worden, je moet ze dan lange tijd in een lagere dosis gebruiken. Ze remmen de groei van de tumor af, onder andere door de nieuwvorming van vaten en doorbloeding van de tumor te remmen. Vooral een oligodendroglioom is heel gevoelig voor chemotherapie. Soms kun je bijwerkingen krijgen, dan moet er naar andere medicijnen gekeken worden. Er kan ook gebruik gemaakt worden van de moleculaire eigenschappen van het glioom en signaalwegen. Er zijn medicijnen die zich speciaal richten op het verstoorde eiwit in de signaalweg, zoals een MEK-inhibitor. Ook zijn er medicijnen die zich richten op BRAF en het eiwit stilleggen, zodat tumorcel zich niet meer kan delen. We weten nog niet genoeg over de effecten van deze medicijnen over een aantal jaren.
Behandeling hooggradig glioom
Soms is een glioom zo uitgebreid en ligt hij zo ongunstig, dat de tumor niet helemaal verwijderd kan worden tijdens een operatie, dat is bij een diffuus astrocytoom vaak het geval. Als het glioom in de hersenstam, vlakbij de ogen of bij de hypothalamus ligt, dan is er een grote kans op ernstige schade aan die omliggende weefsels, een operatie is dan moeilijk of niet mogelijk.
Voor aanvullende behandeling wordt gekeken naar je leeftijd, hoe groot het glioom is en waar het zit en de genetische kenmerken (mutatie in het NF1-gen). Radiotherapie kan, maar vanwege de gevolgen op lange termijn wordt dat niet veel gedaan. Door straling kunnen de tumorcellen kapot gemaakt worden of de groei van de tumor worden geremd. Maar ook het omliggende hersenweefsel kan beschadigen, iets wat vooral bij jonge kinderen, zoveel mogelijk voorkomen moet worden. In de eerste levensjaren gebeurt er in de hersenen heel veel. Er worden bijvoorbeeld verbindingen aangelegd die heel belangrijk zijn voor je verdere ontwikkeling. Door chemotherapie kan de groei van de tumor worden geremd of stopgezet.
Medulloblastoom behandeling: Als de plek en vorm van de tumor gunstig zijn, wordt meestal de hele tumor tijdens een operatie verwijderd. Als aanvullende behandeling kun je chemotherapie krijgen en, afhankelijk van je leeftijd, radiotherapie.
Afhankelijk van de plek en de vorm van de tumor wordt meestal het gehele glioom tijdens een operatie verwijderd. Bij een pilocytair astrocytoom kan dat vaak, bij een oligodendroglioom is dat vaak moeilijker en wordt er maar een deel van de tumor verwijderd. Als het glioom in de hersenstam, vlak bij je ogen of bij de hypothalamus ligt, dan is er een grote kans op ernstige schade aan die omliggende weefsels, een operatie is dan moeilijk of niet mogelijk. Bij kinderen met een glioom bij de ogen (opticus glioom) én neurofibromatose wordt soms afgewacht omdat de helft van die gliomen niet verandert of groeit. Voor aanvullende behandeling wordt gekeken naar je leeftijd, hoe groot het glioom is en waar het zit en de genetische kenmerken (mutatie in het NF1-gen). Radiotherapie kan, maar vanwege de gevolgen op lange termijn wordt dat niet veel gedaan. Door straling kunnen de tumorcellen kapot gemaakt worden of de groei van de tumor worden geremd. Maar ook het omliggende hersenweefsel kan beschadigen, iets wat vooral bij jonge kinderen, zoveel mogelijk voorkomen moet worden. In de eerste levensjaren gebeurt er in de hersenen heel veel. Er worden bijvoorbeeld verbindingen aangelegd die heel belangrijk zijn voor je verdere ontwikkeling. Door chemotherapie kan de groei van de tumor worden geremd of stopgezet. Medicijnen zijn bijvoorbeeld vincristine, carboplatine en vinblastine. Die kunnen als onderhoudsbehandeling gegeven worden, je moet ze dan lange tijd in een lagere dosis gebruiken. Ze remmen de groei van de tumor af, onder andere door de nieuwvorming van vaten en doorbloeding van de tumor te remmen. Vooral een oligodendroglioom is heel gevoelig voor chemotherapie. Soms kun je bijwerkingen krijgen, dan moet er naar andere medicijnen gekeken worden. Er kan ook gebruik gemaakt worden van de moleculaire eigenschappen van het glioom en signaalwegen. Er zijn medicijnen die zich speciaal richten op het verstoorde eiwit in de signaalweg, zoals een MEK-inhibitor. Ook zijn er medicijnen die zich richten op BRAF en het eiwit stilleggen, zodat tumorcel zich niet meer kan delen. We weten nog niet genoeg over de effecten van deze medicijnen over een aantal jaren.
Behandeling hooggradig glioom
Soms is een glioom zo uitgebreid en ligt hij zo ongunstig, dat de tumor niet helemaal verwijderd kan worden tijdens een operatie, dat is bij een diffuus astrocytoom vaak het geval. Als het glioom in de hersenstam, vlakbij de ogen of bij de hypothalamus ligt, dan is er een grote kans op ernstige schade aan die omliggende weefsels, een operatie is dan moeilijk of niet mogelijk.
Voor aanvullende behandeling wordt gekeken naar je leeftijd, hoe groot het glioom is en waar het zit en de genetische kenmerken (mutatie in het NF1-gen). Radiotherapie kan, maar vanwege de gevolgen op lange termijn wordt dat niet veel gedaan. Door straling kunnen de tumorcellen kapot gemaakt worden of de groei van de tumor worden geremd. Maar ook het omliggende hersenweefsel kan beschadigen, iets wat vooral bij jonge kinderen, zoveel mogelijk voorkomen moet worden. In de eerste levensjaren gebeurt er in de hersenen heel veel. Er worden bijvoorbeeld verbindingen aangelegd die heel belangrijk zijn voor je verdere ontwikkeling. Door chemotherapie kan de groei van de tumor worden geremd of stopgezet.
Medulloblastoom behandeling: Als de plek en vorm van de tumor gunstig zijn, wordt meestal de hele tumor tijdens een operatie verwijderd. Als aanvullende behandeling kun je chemotherapie krijgen en, afhankelijk van je leeftijd, radiotherapie.