Veelgestelde vraag
Wat is de (medicamenteuze) behandeling bij chronische ITP?

  • Als er weinig bloedingsneiging is, is watchful waiting de eerste stap.
  • Soms heb je ijzersuppletie nodig. Als je regelmatig blauwe plekken en milde slijmvliesbloedingen hebt (en meisjes bij hevige menstruaties), kun je namelijk te veel ijzer verliezen. Een ijzerkuur of ijzerrijke voeding kan dan helpen.
  • Tranexaminezuur kan de slijmvliesbloedingen verminderen.
  • TPO-agonisten krijg je bij een chronische trombocytopenie. Voorbeelden zijn eltrombopag of romiplostim.

Intraveneuze immuunglobulines, IVIg

IVIg wordt via een infuus in je bloedbaan gegeven, je wordt dan opgenomen in het ziekenhuis. Als je ITP hebt, remt IVIg de auto-immuunreactie tegen je bloedplaatjes af. IVIg werkt op de receptoren die een rol spelen bij de vernietiging van je bloedplaatjes. Tijdens het inlopen van de IVIg kun je last krijgen van een grieperig gevoel, misselijkheid, jeuk of hoofdpijn. Vertel dit op tijd aan de verpleegkundige die het infuus geeft. Tot twee dagen na het IVIg-infuus kun je nog hoofdpijn hebben. Hiervoor mag je paracetamol of een selectieve NSAID (Celecoxib®) nemen.

Corticosteroïden

Prednison, dexamethason en methylprednison zijn corticosteroïden. Ze hebben een remmende werking op je afweersysteem, waardoor de afweerreactie tegen je bloedplaatjes ook wordt geremd. Methylprednison krijg je via een infuus in je bloedbaan, drie dagen lang. Prednison en dexamethason kunnen als tablet of als drankje gegeven worden, kortdurend in een hoge dosis. Langdurig gebruik kan bijwerkingen geven waarvan je zowel geestelijke als lichamelijke klachten kunt krijgen.

Andere afweeronderdrukkende medicijnen

Rituximab

Dit middel richt zich tegen je B-cellen, waardoor ze kapotgaan en maandenlang uitgeschakeld zijn. B-cellen maken de afweerstoffen tegen je bloedplaatjes aan. Rituximab mag je eens in de week of twee weken nemen, en dan twee tot vier keer. Of het werkt merk je pas goed na ongeveer twee maanden. Het middel heeft wel bijwerkingen, je hebt eerder last van infecties, die ook nog eens heftiger kunnen verlopen. Ook kun je tijdens het inlopen van het infuus last hebben van een grieperig gevoel, misselijkheid, jeuk, hoofdpijn. Vertel dit op tijd aan de verpleegkundige die het infuus geeft.

Mycofenolaatmofetil

Mycofenolaatmofetil (CellCept®) is een middel dat ervoor zorgt dat je B- en T-cellen minder actief zijn. Het middel heeft wel bijwerkingen, zo kun je eerder last hebben van infecties, die ook nog eens heftiger kunnen verlopen. Daarnaast zijn er nog andere klachten waar je last van kunt hebben. Als je nieuwe klachten krijgt, vertel dat dan aan je eigen arts.

Sirolimus

Sirolimus is een middel dat vooral je T-cellen afremt. Ook dit middel heeft bijwerkingen, je hebt eerder last van infecties, die ook nog eens heftiger kunnen verlopen. Daarnaast zijn er nog andere klachten waar je last van kunt hebben. Als je nieuwe klachten krijgt, vertel dat dan aan je eigen arts.

Stimuleren productie bloedplaatjes

TPO-receptoragonisten (eltrombopag, romiplostim) zijn middelen die zich binden aan een eiwit (receptor) op de megakaryocyt (een onvolgroeid bloedplaatje). Die wordt hierdoor gestimuleerd om meer bloedplaatjes aan te maken. Je kunt last krijgen van bijwerkingen als misselijkheid, diarree, bovensteluchtweginfecties, hoofdpijn en trombose door te veel bloedplaatjes.

Transfusie bloedplaatjes

Als je een ernstige bloeding hebt (of kunt krijgen na een operatie of ingreep), kun je via een transfusie bloedplaatjes van een donor krijgen. Je hebt dan tijdelijk genoeg werkende bloedplaatjes. Een nadeel van regelmatige transfusies is dat je afweerstoffen kunt gaan aanmaken omdat de bloedplaatjes niet van jezelf (lichaamsvreemd) zijn. Een goede match met de donor is daarom belangrijk. Tijdens het inlopen van het infuus wordt gecontroleerd of je de transfusie goed verdraagt. Na een uur kun je zien of je bloedplaatjes ook daadwerkelijk zijn gestegen. Als je bijwerkingen krijgt tijdens de bloedtransfusie of als het resultaat tegenvalt, wordt gekeken of je antistoffen aanmaakt. Dit zijn meestal HLA-antistoffen, heel zelden zijn het HPA-antistoffen. Als je deze HLA- of HPA-antistoffen tegen bloedplaatjes hebt ontwikkeld, dan heb je speciale bloedplaatjes nodig die de bloedbank Sanquin kan leveren.

NovoSeven®

Novoseven is een geactiveerde recombinante stollingsfactor VIIa. Deze stollingsfactor stimuleert je bloedstolling en remt het bloeden. Het wordt bij een acuut, levensbedreigend trauma direct gegeven als je ITP hebt.

Tranexaminezuur

Tranexaminezuur remt de afbraak van fibrine en zorgt ervoor dat het bloedstolsel langzamer wordt afgebroken, waardoor het beschadigde bloedvat dichtgaat. Tranexaminezuur werkt vooral heel goed bij slijmvliesbloedingen. Je krijgt het meestal bij tandheelkundige ingrepen of ingrepen in het KNO-gebied. Slijmvliezen zitten niet alleen in je mond-keelholte en neus, maar ook in je maag-darmkanaal en bij meisjes in de baarmoeder. Tranexaminezuur is verkrijgbaar als tablet en als injectie, je kunt het ook drinken. Omdat het medicijn niet direct werkt krijg je het wat langer, gemiddeld vijf tot zeven dagen. Van tranexaminezuur kun je maag-darmklachten krijgen zoals misselijkheid, braken en diarree. Daarnaast zijn er nog andere dingen waar je last van kunt hebben. Als je nieuwe klachten krijgt, vertel dat dan aan je eigen arts.

Het beïnvloeden van de menstruatie

Als je onvoldoende, goed werkende bloedplaatjes hebt, kun je veel last hebben van langdurig of hevig bloedverlies als je ongesteld bent. Dat is heel vervelend en het kan je leven behoorlijk bepalen. Ook omdat het iedere maand weer terugkomt. Als je er veel last van hebt, kun je een paar dagen (vijf tot zeven) tranexaminezuur (Cyclokapron®) nemen, in druppel- of tabletvorm. Dit middel zorgt ervoor dat het afbreken van het bloedstolsel (de fibrinolyse) wordt afgeremd. De fibrinolyse is in je slijmvliezen namelijk heel actief. Je baarmoederslijmvlies heeft zo meer tijd om te herstellen waardoor je minder last hebt van de bloedingen. Daarnaast kan het verstandig zijn om te starten met orale anticonceptie (de pil). De hormonen in de pil verhogen namelijk je eigen VWF en factor VIII. Hierdoor heb je minder last van je menstruatie en vermindert het bloedverlies. Nadeel van de pil is dat je meer risico loopt op trombose. Wanneer jijzelf of iemand in jouw familie ooit trombose heeft gehad, bespreek dit dan met je arts. Die kan dan een progesteron-only-pil voorschrijven. Die geeft veel minder risico op trombose dan de ‘gewone’ combinatiepil.

Miltextirpatie

Vroeger werd de milt vaak verwijderd bij ITP, nu gebeurt dat bijna niet meer omdat er steeds meer goedwerkende medicijnen zijn. Heel soms blijft het toch nog nodig om de milt te verwijderen. De milt speelt een belangrijke rol in het herkennen en verwijderen van cellen met antistoffen, en dus ook trombocyten met ITP-antistoffen. Ook heeft de milt een rol in het recyclen van antistoffen. Door de milt te verwijderen, blijven de bloedplaatjes langer leven. Probleem is wel dat de afweerfunctie van de milt opgevangen moet worden, voor en na de operatie. Je krijgt dan meerdere vaccinaties en antibioticaprofylaxe tot twee jaar na de operatie, en ook als je koorts hebt. Als er sprake is van pooling van de trombocyten in de milt (bijvoorbeeld patiënten met een hemolytische anemie zoals sikkelcelziekte), dan wordt de milt wel operatief verwijderd om de pooling te stoppen.

Ook interessant

Jouw antwoord nog niet gevonden?

Op de Cyberpoli kan je jouw vraag stellen aan een deskundige!

Stel je vraag

Opvolgende vragen

Andere categorieën