Migraine, wat weten we nu …?
Migraine is een van de meest voorkomende ziektes, toch weten we nog steeds niet precies hoe een aanval ontstaat. We weten dat de ziekte erfelijk bepaald is en dat de prikkelverwerking in je hersenen niet goed meer werkt. Maar hoe het precies zit met die prikkels, weten we niet. We weten ook dat spanningen, slaaptekort en schermgebruik een rol kunnen spelen.
Er is wel veel meer bekend over de werking van migraine. We weten waar de aanval begint (in je hersenstam), wat de rol is van de vijfde hersenzenuw (nervus trigeminus) en bepaalde eiwitten bij het ontstaan van de klachten. Deze kennis heeft o.a. geleid tot de ontwikkeling van een nieuwe generatie medicijnen die de klachten van veel migrainepatiënten, volwassenen, verminderen. Toch blijven er veel vragen over, waar we het antwoord nog niet op weten. En meer onderzoek naar migraine bij kinderen is ook heel gewenst.
Nynke Doornebal, kinderarts en kinderneuroloog, Martini Ziekenhuis, Groningen
Vroeger dachten ze dat migraine kwam door verwijding van de bloedvaten in de hersenen. Eerst vernauwing van de bloedvaten waardoor je een aura kreeg, en daarna verwijding waardoor je hoofdpijn kreeg. Die theorie is achterhaald. Het mechanisme is dus bekend, maar hoe precies die prikkeldrempel wordt overschreden waardoor op dat moment een migraineaanval komt, weten we niet. We weten wel wat een rol speelt: spanningen, slaaptekort en schermgebruik maken dat je meer last van je migraine kunt hebben.
Hans Carpay, neuroloog in The Migraine Clinic, Amsterdam
Wat weten we van het ontstaan van migraine? We denken dat er een genetische aanleg is waardoor de hersenen elektrisch wat instabieler worden. Er zijn meerdere ziektes die dit hebben, epilepsie is er ook een voorbeeld van. In het brein zijn heel veel mechanismen die aanleiding geven tot prikkeling van zenuwcellen, maar ook tot remming van de prikkeling. Normaal blijft dat keurig in balans, waardoor er een zekere controle is over elektrische activiteit. Bij epilepsie en migraine zie je dat die prikkeldrempel voor elektrische ontsporing lager komt te liggen. Ik denk dat dat erfelijk bepaald is. Dan gaat het om genen die te maken hebben met de elektrische stabiliteit van de hersennetwerken
Jikke-Mien Niermeijer, kinderneuroloog Elisabeth Twee steden ziekenhuis, Tilburg
Of er meer onderzoek naar migraine van kinderen nodig is? Zeker, ik denk niet dat we al genoeg weten van kinderen met migraine. Een kind is niet een kleine volwassene, want het heeft een brein dat nog helemaal in ontwikkeling is en een prikkelverwerking die daarbij hoort. Ik zou graag studies zien waarbij je bijvoorbeeld de verschillende behandelstrategieën naast elkaar zet en vergelijkt. Je kunt namelijk heel makkelijk meten of een behandeling effect heeft. Je kunt het aantal hoofdpijn dagen tellen, het aantal dagen schoolverzuim of het aantal dagen hobby verzuim. Er zijn heel goede vragenlijsten voor kinderen met migraine waar we makkelijk op kunnen scoren. Het probleem is echter de uitvoering. In Nederland is het nu zo verdeeld dat in de academische centra veel onderzoek wordt gedaan naar heel zeldzame neurologische aandoeningen. In de overige centra ligt de nadruk op patiëntenzorg en hebben de specialisten een heel drukke taak in die patiëntenzorg. Hierdoor blijven er kennishiaten bestaan op het gebied van zeer veel voorkomende aandoeningen zoals migraine een spanningshoofdpijn bij kinderen. Het zou mooi zijn als we ons meer gaan organiseren op dit terrein op landelijk niveau en op die manier voor financiering zouden kunnen zorgen voor het uitvoeren van onderzoek naar wat de beste behandeling is voor migraine en hoofdpijn bij kinderen. Dit is een mooie uitdaging voor de toekomst.
Nynke Doornebal, kinderarts en kinderneuroloog, Martini Ziekenhuis, Groningen
Het mechanisme van migraine is goed bekend. Het begint in de hersenstam, daar zit de ‘migraine-generator’. Van daaruit worden twee processen in werking gezet. Ten eerste ontstaat er in sommige gevallen een soort golf over het brein, wat ‘cortical spreading’ wordt genoemd. Cortex is een medische term voor de buitenste laag van de grote hersenen en spreading betekent dat het zich uitspreidt over het brein. Dit fenomeen veroorzaakt auraverschijnselen. Het begint in het achterste deel van je brein, daar waar je gezichtsvermogen zit. Daarom krijg je vaak ‘visuele aura’s, met minder goed kunnen zien, of vlekken of zigzagpatronen zien. Ten tweede gaan er signalen van de hersenstam naar de vijfde hersenzenuw (nervus trigeminus). Via de vijfde hersenzenuw gaan signalen en eiwitten naar de hersenvliezen en bloedvaten rondom de hersenvliezen, en ontstaat daar een ontstekingsproces. Daardoor krijg je hoofdpijn, word je misselijk en kun je licht en geluid slecht verdragen.
Zwany Metting, kinderneuroloog en neuroloog, nu werkzaam bij Sein
Bij het ontstaan van migraine spelen meerdere factoren een rol. Het kan beginnen met prikkeling van een zenuw, de vijfde hersenzenuw (nervus trigeminus). Vervolgens ontstaat er een soort overprikkeling van je hersenen zelf, dat begint vaak achterin de hersenen en verspreidt zich dan verder naar voren. Migraine kan beginnen met auraverschijnselen (visuele klachten), dat komt omdat achter in je hersenen de visuele hersenschors zit. Ook is er toegenomen bloedstroming in de bloedvaten rondom de hersenen. En dan is er nog het vrijkomen van bepaalde eiwitten. De laatste jaren is daar het meeste over te doen. Eén van die eiwitten is CGRP (calcitonin gene-related peptide). Daarnaast kan er een genetische gevoeligheid zijn.
Hans Carpay, neuroloog in The Migraine Clinic, Amsterdam
Waar een migraineaanval eigenlijk in de hersenen ontstaat? We denken dat, als je die aanleg hebt, er in de hersenen een soort kern is, je zou dat de migraine-generator kunnen noemen, diep in het brein in de hersenstam, waar de boel begint te ontregelen. Waarom dat gebeurt, weten we niet. We weten wel dat er omstandigheden zijn waarbij het gemakkelijker optreedt. Bijvoorbeeld als een meisje of vrouw ongesteld is en haar oestrogeengehalte daalt, ontstaat er makkelijk een migraineaanval. Ergens in die hersenstam begint er dan iets wat een golf aan gebeurtenissen in je hersenen in gang zet. Sommige mensen ervaren een aura. Dat is een aanval waarbij er tijdelijk neurologische uitval is. Het begint vrijwel altijd met visuele verschijnselen, dan komt het daarna soms in je taalgebied en krijg je afasie. Of in je gevoelsgebied, dan krijg je tintelingen. Heel zelden trekt het helemaal naar voren in je brein, tot in de motorische hersenschors, dan krijg je er een verlamming bij. Dat is een aura.